Tholen-stad, (voormalige) Rehobothkerk
Gereformeerde Gemeente Tholen - Hoogaarsstraat 2

- Orgeloverzicht - Andere orgels in Tholen-stad -

Kerkgebouw
Nadat het kerkgebouw van de Gereformeerde Gemeente te Tholen aan de Kruittoren te klein was, werd op 22 april 1972 de eerste steen gelegd voor een nieuwe kerk aan de Hoogaarsstraat. Op 21 december van datzelfde jaar werd het nieuwe kerkgebouw met de naam Rehobothkerk in gebruik genomen.
Omdat de gemeente bleef groeien, moest echter circa dertig jaar later opnieuw een grotere kerk komen.  Op 31 augustus 2003 werd de laatste dienst gehouden en enkele dagen later de nieuwe Rehobothkerk in gebruik genomen. Pas in het voorjaar van 2008 is de kerk aan de Hoogaarsstraat gesloopt om plaats te maken voor appartementen.

Orgel
In 1973 kreeg de firma Strubbe opdracht een tweeklaviers orgel te bouwen voor de Gereformeerde Gemeente van Tholen. Hierbij werd gebruik gemaakt van een sleeplade en pijpwerk uit het voormalige Maarschalkerweerd-orgel (1873) van de Rooms Katholieke Kerk van Wijk bij Duurstede. Simon C. Jansen adviseerde bij de bouw. In 1974 werd het instrument in gebruik genomen.

Oorspronkelijke dispositie van het Strubbe-orgel (1974):

Hoofdwerk:
Prestant
Roerfluit
Spitsgamba
Octaaf
Gedekte Fluit
Octaaf
Mixtuur
Trompet


8 voet
8 voet
8 voet
4 voet
4 voet
2 voet
III-IV sterk
8 voet

Borstwerk:
Holpijp
Roerfluit
Nasard
Fluit
Terts
Sifflet
Dulciaan


8 voet
4 voet
2 2/3 voet
2 voet
1 3/5 voet
1 voet
8 voet

Pedaal
Bourdon
Gedekt
Octaaf


16 voet
8 voet
16 voet

Werktuiglijke registers:
Koppel Hoofdwerk-Borstwerk
Koppel Pedaal-Hoofdwerk
Koppel Pedaal-Borstwerk
Tremulant Borstwerk

 

Overige gegevens:
Manuaalomvang: C-f’’’
Pedaalomvang: C-d’
Stemming: Evenredig zwevend
Toonhoogte: a’ = 438 Hz

Tractuur: mechanische sleepladen

In 1987 werden door orgelmaker Piet Huijser uit Sint Philipsland de mechanieken vernieuwd, de Bourdon 16' werd ingekort en opgeschoven om een wijdere mensuur te verkrijgen en dientengevolge een beter draagkrachtigere stem. Daarnaast werd ereen Kromhoorn 8' geplaatst, de intonatie herzien en tot slot de orgelkas verfraaid. Hierbij adviseerden J. Milhous en P.J. Wols namens de Orgeladviescommissie van de VOGG. Op 23 mei 1987 werd het orgel in gebruik genomen met een bespeling door Leo Terlouw.

Dispositie van het Strubbe-orgel (1974) vanaf 1987:

Hoofdwerk:
Prestant
Roerfluit
Spitsgamba
Octaaf
Gedekte Fluit
Octaaf
Mixtuur
Trompet


8 voet
8 voet
8 voet
4 voet
4 voet
2 voet
III-IV sterk
8 voet

Borstwerk:
Holpijp
Roerfluit
Nasard
Fluit
Terts
Sifflet
Kromhoorn


8 voet
4 voet
2 2/3 voet
2 voet
1 3/5 voet
1 voet
8 voet

Pedaal
Bourdon
Gedekt
Octaaf


16 voet
8 voet
16 voet

Werktuiglijke registers:
Koppel Hoofdwerk-Borstwerk
Koppel Pedaal-Hoofdwerk
Koppel Pedaal-Borstwerk
Tremulant Borstwerk

 

Overige gegevens:
Manuaalomvang: C-f’’’
Pedaalomvang: C-d’
Stemming: Evenredig zwevend
Toonhoogte: a’ = 438 Hz

Tractuur: mechanische sleepladen

Een jaar voor de definitieve sluiting van de kerk werd het orgel halverwege 2002 gedemonteerd door Sicco Steendam en overgeplaatst naar de Rehobothkerk in Krimpen aan den IJssel. Op het Borstwerk kwam nu een Dulciaan van Verschueren in de plaats van de Kromhoorn. De Trompet van het hoofdwerk werd vervangen door een nieuwe Trompet in de factuur van Witte. De orgelkas werd aangepast op de nieuwe kerkruimte. Op 29 november 2002 werd het Strubbe-orgel in Krimpen aan den IJssel in gebruik genomen.


© Collectie S. Steendam

 

Geraadpleegde bronnen

Reliwiki

Reformatorisch Dagblad, 13 juni 2006

Orgbase

 

- Terug naar de top van deze pagina -