Zoutelande, Catharinakerk
Protestantse Kerk - Langstraat
- Orgeloverzicht - Andere orgels in Zoutelande -
Kerkgebouw
Omstreeks het jaar
1270 werd vanuit het toen naburige dorp Werendijke de Catharinakerk van
Zoutelande gesticht. De huidige kerktoren dateert vermoedelijk uit die tijd. Het
huidige kerkgebouw is in de 14e eeuw gebouwd, maar was tien bijna twee keer zo
lang en eindigde in een driedelig koor. Ter hoogte van de huidige consistorie
was een dwarsschip zodat het geheel een zogenoemde 'kruiskerk' was.
Waarschijnlijk zijn de transepten in de Tachtigjarige oorlog (1568-1648)
afgebroken, toen het dorp en de kerk behoorlijk in verval waren geraakt.
Op 1 oktober 1574 werd de eerste protestantse dominee in de Catharinakerk
bevestigd. De pastorie en de kerk werden weer gerepareerd en in de torenklok
werd een nieuwe klepel aangebracht.
In 1735 werd de kerk ingrijpend gerestaureerd, waarbij het koor en de restanten
van het dwarsschip werden afgebroken.
Nadat in 1836 een grote storm ook de kerk zwaar heeft beschadigd, kwam er
uiteindelijk van het Rijk een bedrag van F.1300,- vrij voor herstel van het
gebouw.
In de loop van de 19e eeuw is de ingang onder de toren buiten gebruik geraakt,
aangezien de voet van de toren door voortdurende duinverstuivingen onder het
zand is verdwenen.
In 1906 werd de huidige consistorie achter de kerk geplaatst en voor 1929 werd
de pleisterlaag van de kerkmuren verwijderd.
In de Tweede Wereldoorlog (1940-1945) is de kerk bij een beschieting op 2
november 1944 zo zwaar getroffen, dat de kerk niet meer te gebruiken was voor de
erediensten. Daarop werd het dak van de kerk voorlopig gedicht met platen om
verdere schade te voorkomen. Aan de Duinweg werd tijdelijk een noodkerk in
gebruik genomen. Ondanks dat het kerkdak provisorisch was gedicht, bleek na de
inundatie van Walcheren tusse 1944 en 1946 dat de schade was toegenomen. Bij de
uitgevoerde restauratie werd de nieuwe consistorie meer in stijl van de kerk
gebouwd, de zoldering van de kerk is verwijderd zodat het tongewelf weer
zichtbaar is en de ruimte onder de toren is bij de kerk getrokken. Op 28 januari
1950 werd de vernieuwde Catharinakerk weer in gebruik genomen.
Momenteel bestaan er plannen om de kerk te restaureren.
Eerste orgel
In 1832 bood de
voorlezer en voorzanger van de Catharinakerk te Zoutelande een orgel aan voor de
Hervormde Gemeente van Zoutelande. Hierbij stelde hij als voorwaarde dat hij
gedurende zijn verblijf in deze gemeente als organist zou worden aangesteld, met
een vergoeding van f50,- per jaar. Hiernaast stelde hij verplicht dat wanneer
hij binnen tien jaar na schenking mocht vertrekken of overlijden, de kerkenraad
hem of zijn weduwe nog zoveel jaren de f50,- te betalen tot de tien jaren vol
zouden zijn. Ondanks dat de kerkenraad positief stond tegenover dit voorstel,
gaf het Provinciaal College van Toezicht geen goedkeuring en gingen de plannen
niet door.
Pas in 1888 werd er na een voorstel van Dhr. B.T. Jonker, voorzitter van de
orgelcommissie, een orgel in de kerk geplaatst. Dit instrument werd gebouwd door
J. van der Tak uit Rotterdam en kreeg een plaats op een galerij aan de
achterzijde van de kerk. Het was een 'Frans-romantisch' instrument met zes
stemmen, verdeeld over 2 klavieren en aangehangen pedaal.
In 1929 werd het Van der Tak-orgel verkocht aan orgelbouwer A.S.J. Dekker te
Goes.
Foto ©: Stichting Utrechts Orgelarchief Maarten
Vente
Tweede orgel
Zie voor de geschiedenis van het
tweede orgel uit 1929 de
Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt te Vlissingen,
waar het orgel, na verkoop in 1951 aan de
Hervormde (nood)kerk te Westkapelle, sinds 1952 staat.
Derde orgel
In 1950 kocht de
hervormde gemeente van Zoutelande
een orgel aan, gebouwd door Thomas Weidtman aan het einde van de 17e eeuw
(waarschijnlijk voor 1680),
vermoedelijk voor een kloosterkerk in Limburg of Duitsland.
In 1718 werd het aangekocht door de Hervormde kerk van Heerlen, waar het
instrument in 1838 is gerestaureerd.
In 1932 sloot de kerk te Heerlen haar deuren en zou het orgel worden gesloopt.
Het orgel werd echter gekocht door D. Hendrikse uit Haarlem en in 1949
gerestaureerd door de gebroeders Van Vulpen te Utrecht. Bij deze restauratie werd
ontdekt dat in één van de houten schotten van de orgelkas staat dat het
instrument in 1722 is gerepareerd. Ook bleek de
windlade aan de onderzijde dicht te zijn geplakt met oude gregoriaanse
kloostermuziek. De firma Van Vulpen moest het pijpwerk geheel vernieuwen, maar
de rest van het orgel verkeert vrijwel geheel in oorspronkelijke staat.
Opmerkelijk is het kistpedaal en dat de Cis van het groot octaaf ontbreekt.
In 1951 werd het Weidtman-orgel in gebruik genomen met een orgelbespeling door
adviseur D. Hendrikse.
De dispositie van het Weidtman-orgel (eind 17e eeuw) vanaf 1951: |
||||
Manuaal: |
|
Pedaal: |
|
|
Werktuiglijke
registers: |
|
Overige gegevens: |
|
|
Omstreeks 2012 werd een plan ontworpen om naast de kerk, ook het orgel te restaureren. Echter de slechte staat van het instrument, samen met de beperkingen, gaven de doorslag om over te gaan tot aanschaf van een ander orgel. In februari 2015 is het Weidtman-orgel gedemonteerd en in de werkplaats van de firma Consultare, werkzaam voor Skrabl Orgelbouw uit Slovenië, te koop aangeboden. Op zondagavond 8 februari 2015 klonk het Weidtman-orgel voor het laatst in Zoutelande.
Huidig orgel
De oorspronkelijke dispositie van Witte-orgel (1871):
Hoofdwerk:
Nevenwerk:
Pedaal
De dispositie van Witte-orgel (1871) sinds 2015:
Hoofdwerk:
Nevenwerk:
Pedaal
In 2014 is besloten een historisch Bätz-Witte-orgel aan te kopen voor de Catharinakerk in Zoutelande. Het orgel is gebouwd in 1871 voor het Oudkatholieke Seminarie in Amersfoort.
Bourdon
Prestant
Octaaf
Nazard
Woudfluit
16 voet
8 voet
4 voet
3 voet
2 voet
Holfluit
Fluit Travers (vanaf d)
Viola
Fluit
8 voet
8 voet
8 voet
4 voet
Aangehangen
Werktuiglijke
registers:
Koppel Hoofdwerk-Nevenwerk
Ventiel
Overige gegevens:
Manuaalomvang: C-f’’’
Pedaalomvang: C-d’
Stemming: evenredig zwevend
Toonhoogte: a’ = 440 Hz
Tractuur: mechanische sleepladen
In 1959 plaatste orgelbouwer Sanders het overs naar de Oud-Katholieke kerk in Den Helder. Daarbij kreeg het een nieuw front, de originele frontpijpen werden hierbij hergebruikt. Ook de zij- en achterwanden van de originele kas werden hergebruikt.
Onder advies van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed heeft de firma Skräbl uit Slovenië een nieuwe kas gereconstrueerd in de stijl van de oorspronkelijke bouwer en ook in de kleurstelling
zoals in die tijd gebruiklijk: ivoor-wit, licht gemengd met zogenaamde gebrande omber. De dispositie wordt uitgebreid met een Cornet IV sterk op het hoofdwerk en een Dulciaan 8' op het tweede klavier. In 1942 was de bas van de Bourdon 16' van het manuaal uitsluitend in het pedaal bespeeelbaar gemaakt en de discant verschoven en aangevuld tot een Roerfluit 8'; het toen nieuw vervaardigde pijpwerk werd nu vervangen door pijpen in Witte-factuur. Op zaterdag 25 april 2015 is het orgel in gebruik genomen, waarbij de Zeeuwse
Commissaris van de Koning, Han Polman, zelf als openingsceremonie het orgel bespeelde. Daarna gaf adviseur Aart Bergwerff een concert.
Bourdon
Prestant
Roerfluit
Octaaf
Nazard
Woudfluit
Cornet disc.
16 voet
8 voet
8 voet
4 voet
3 voet
2 voet
IV sterk
Holfluit
Fluit Travers (C-cis uit Holfluit)
Viola
Fluit
Dulciaan
8 voet
8 voet
8 voet
4 voet
8 voet
Aangehangen
Werktuiglijke
registers:
Koppel Hoofdwerk-Nevenwerk
Ventiel
Overige gegevens:
Manuaalomvang: C-f’’’
Pedaalomvang: C-d’
Stemming: evenredig zwevend
Toonhoogte: a’ = 440 Hz
Tractuur: mechanische sleepladen
© Janco Schout.
Gerelateerde nieuwsberichten
2009/07/02: Weidtman-orgel Catharinakerk Zoutelande in restauratie
Geraadpleegde literatuur
Eck, T. van (1997)
Het historische orgel in Nederland, deel I (1479-1725)
Rotterdam, Nationaal
Instituut voor de Orgelkunst, 1997
Kluiver, J.H. (1974)
Historische Orgels in Zeeland, deel II
Middelburg, Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der
Wetenschappen, 1974
Protestantse Gemeente Zoutelande
Brochure
Catharinakerk Zoutelande
Stichting Utrechts Orgelarchief Maarten Vente
Met dank aan
P. Bron
R. Koppejan
J. Schout